Als praten vooral zenden wordt (en niemand meer luistert)
Als praten vooral zenden wordt (en niemand meer luistert)

Soms lijkt een gesprek allesbehalve een uitwisseling.
Het is dan geen contact, maar eerder eenrichtingsverkeer. Een waterval van woorden, meningen, verklaringen. Je luistert wel, of probeert het althans, maar ergens onderweg haak je af. Zinnen worden verhalen, verhalen worden monologen, en je voelt jezelf langzaam verdwijnen uit het gesprek.
Dat overkwam me laatst.
Ik had een buurman op bezoek.
Ik stelde hem een eenvoudige vraag, maar kreeg in plaats van een antwoord een stortvloed aan woorden over me heen. Hij praatte en praatte…en praatte. Geen oogcontact. Geen enkele afstemming.
Ik merkte dat ik afdwaalde. En op een gegeven moment vroeg ik me echt af: tegen wie hééft hij het eigenlijk? Zal hij het merken als ik gewoon weg loop?
De keus die we vaak niet maken
Ik voelde het ongemak opkomen. Dat innerlijke dilemma:
Ga ik dit uitzitten en verdragen? Laat ik hem maar, en hoop ik dat hij snel klaar is.
Of:
Durf ik het te benoemen, écht contact te maken, en hem te spiegelen wat er nu gebeurt?
Ik koos voor het laatste.
Ik vroeg:
“Mag ik eerlijk zijn?”
Ik deelde wat er in mij gebeurde. Dat ik hem niet goed kon volgen. Dat ik hem wel hoorde, maar hem niet écht voelde.
En dat ik benieuwd was… of hij doorhad dat ik eigenlijk was afgehaakt?
Hij was even stil. Glimlachte wat ongemakkelijk.
En zei zacht:
“Nee, dat had ik eigenlijk niet door. Dat heeft ook nog nooit iemand eerder tegen me gezegd, dankjewel.”
Er was een moment van verbinding. Van bewustzijn.
Al viel hij daarna vrij snel weer terug in zijn oude patroon. Want tja, patronen zijn hardnekkig. We hebben ze niet voor niets jarenlang geoefend.
Maar dat ene moment van contact was echt.
Liefdesrelaties: als praten strijd wordt
In liefdesrelaties gebeurt dit vaak nog intenser.
Vooral wanneer er iets geraakt wordt als een oud thema, een pijnpunt, een verlangen.
We willen dan zó graag dat de ander ons begrijpt, dat we in de zendstand schieten. Niet om te verbinden, maar om ons punt te maken.
Daar zit je dan. Met z’n tweeën. Twee zenders. Nul ontvangst
Er is dan niemand meer die echt luistert.
Er wordt gepraat. Veel. Maar een gesprek? Ho maar.
Soms is het zelfs zo dat we zó druk zijn met duidelijk maken wat we willen zeggen, dat we zelf niet meer precies weten wat dat eigenlijk is. Dat gebeurt.
Van patroon naar contact
Het vraagt moed om dat te doorbreken.
Om niet in te houden, maar ook niet te blijven zenden.
Om de ruimte in het gesprek te pakken, niet met meer woorden, maar met eerlijkheid.
Ik zie het vaak gebeuren bij de stellen die ik begeleid:
dat het verschil maakt wanneer iemand even stopt, afstemt met dat wat er echt is, en deelt wat er werkelijk gebeurt van binnen.
Dan verandert het gesprek. Dan ontstaat er contact.
Niet perfect. Niet altijd comfortabel.
Maar wél echt.